Addis Abeba, de hoofdstad van Ethiopië, valt onder de troepen van het Ethiopian People's Revolutionary Democratic Front (EPRDF), waarmee formeel 17 jaar marxistisch bestuur in het Oost-Afrikaanse land wordt beëindigd.
In 1974 werd Haile Selassie, de leider van Ethiopië sinds 1930, afgezet in een militaire staatsgreep. De nieuwe heersers van Ethiopië hebben een marxistisch regime opgezet, duizenden politieke tegenstanders geëxecuteerd en zich verbonden met de Sovjetunie. Oorlog met Somalië en ernstige droogte in de jaren 1980 brachten hongersnood bij het Ethiopische volk, wat leidde tot aanzienlijke interne strijd en onafhankelijkheidsbewegingen in de regio's Eritrea en Tigre.
Begin 1991 begon de EPRDF, een door Tigrean geleide coalitie van rebellenorganisaties onder leiding van Meles Zenawi, echte successen te behalen en versloeg het Ethiopische leger, waardoor de militaire dictator Haile Mariam Mengistu het land moest ontvluchten. Op 28 mei 1991, te midden van gesprekken over wapenstilstand, kwamen EPRDF-tanks Addis Abeba vrijwel zonder tegenstand binnen. Kort daarna werd een overgangsregering gevormd, met Meles Zenawi als president. In juli werd een nieuwe democratische grondwet opgesteld en werd de Eritrese onafhankelijkheid zonder incidenten erkend.