Sterk ondersteund door westerse mijnbouwbelangen en boeren, wordt de wet van Bland-Allison, die voorzag in een terugkeer naar het slaan van zilveren munten, de wet van het land.
De strijd en controverse rond het munten van zilver is moeilijk te begrijpen voor de meeste moderne Amerikanen, maar in de late 19e eeuw was het een onderwerp van groot politiek en economisch belang. Tegenwoordig wordt de waarde van Amerikaans geld hoofdzakelijk gewaarborgd door het geloof in de stabiliteit van de regering, maar in de 19e eeuw werd geld over het algemeen ondersteund door feitelijke deposito's van zilver en goud, de zogenaamde 'bimetaalstandaard'. zowel gouden als zilveren munten.
In 1873 besloot het congres de leiding van veel Europese landen te volgen en te stoppen met het kopen van zilver en het slaan van zilveren munten, omdat zilver relatief schaars was en het monetaire systeem vereenvoudigde. Verergerd door een aantal andere factoren leidde dit tot financiële paniek. Toen de overheid stopte met het kopen van zilver, daalden de prijzen natuurlijk en veel eigenaren van voornamelijk westerse zilvermijnen raakten gewond. Evenzo vielen boeren en anderen met aanzienlijke schuldenlasten de zogenaamde 'Misdaad van '73' aan. Ze geloofden, enigszins simplistisch, dat dit een strakkere geldhoeveelheid veroorzaakte, wat het op hun beurt moeilijker maakte om hun schulden.
Een landelijke drang om terug te keren naar de bimetalen standaard greep de natie vast, en veel Amerikanen kwamen een bijna mystiek geloof in het vermogen van zilver om hun economische problemen op te lossen. De leider van het gevecht om zilver te remonetiseren was het congreslid Richard Bland van Missouri. Nadat hij in de mijnbouw had gewerkt en getuige was geweest van de worsteling van kleine boeren, werd Bland een fervent gelovige in de zilveren zaak en verdiende hij hem de bijnaam 'Silver Dick'.
Met de steun van machtige westerse mijnbouwbelangen, verzekerde Bland de goedkeuring van de Bland-Allison Act, die op deze dag in 1878 van kracht werd. Hoewel de wet niet voorzag in een terugkeer naar het oude beleid van onbeperkte zilveren munten, vereiste het US Treasury hervat de aankoop van zilver en het slaan van zilveren dollars als wettig betaalmiddel. Amerikanen konden opnieuw zilveren munten gebruiken als wettig betaalmiddel, en dit hielp een aantal worstelende westerse mijnbouwoperaties. De wet had echter weinig economische impact en kon de meer radicale verlangens en dromen van de zilveren geldschieters niet bevredigen. De strijd om het gebruik van zilver en goud bleef Amerikanen tot ver in de 20e eeuw bezighouden.