In de zwarte gemeente Sharpeville, in de buurt van Johannesburg, Zuid-Afrika, opent de Afrikaner politie het vuur op een groep ongewapende zwarte Zuid-Afrikaanse demonstranten, die 69 mensen doden en 180 gewonden in een hagel van machinegeweervuur. De demonstranten protesteerden tegen de beperking van niet-wit reizen door de Zuid-Afrikaanse regering. In de nasleep van het bloedbad in Sharpeville braken er protesten uit in Kaapstad en werden meer dan 10.000 mensen gearresteerd voordat de regeringstroepen de orde herstelden.
Het incident overtuigde anti-apartheidsleider Nelson Mandela om zijn geweldloze houding te verlaten en paramilitaire groepen te organiseren om het systeem van geïnstitutionaliseerde raciale discriminatie in Zuid-Afrika te bestrijden. In 1964 werd Mandela na enkele kleine militaire acties veroordeeld voor verraad en veroordeeld tot levenslang. Hij werd na 27 jaar vrijgelaten en in 1994 werd hij verkozen tot de eerste zwarte president van Zuid-Afrika.